Late aardappelen plant je op een ander moment dan vroege rassen. De timing is cruciaal om een goede oogst te krijgen, vooral omdat late aardappelen een langere groeiperiode hebben en vaak bedoeld zijn voor bewaring.
In dit artikel lees je precies wanneer je late aardappelen moet planten, welke grond ze nodig hebben en hoe je ze optimaal verzorgt.
Wanneer late aardappelen planten?
Late aardappelen plant je tussen half april en eind mei, afhankelijk van de weersomstandigheden. De bodemtemperatuur moet minimaal 8 tot 10°C zijn om een goede kieming te garanderen. In koudere grond groeien aardappelen trager en lopen ze meer risico op ziektes.
Voor een optimale oogst houd je rekening met:
- Het klimaat: In een milde lente kun je al in april beginnen, bij een koud voorjaar wacht je beter tot mei.
- De grondtemperatuur: Gebruik een bodemthermometer om zeker te zijn dat de grond warm genoeg is.
- De vorstrisico’s: Late nachtvorst kan jonge scheuten beschadigen. Bedek de planten met vliesdoek als er vorst wordt voorspeld.
Wat zijn late aardappelen en hoe verschillen ze van vroege rassen?
Late aardappelen hebben een langere groeiperiode van 120 tot 140 dagen, terwijl vroege rassen binnen 70 tot 90 dagen klaar zijn. Ze worden meestal in de zomer geoogst en zijn geschikt voor langdurige bewaring.
Enkele kenmerken van late aardappelen:
- Grotere knollen en stevigere schil
- Minder vatbaar voor schade bij bewaring
- Ideaal voor winteropslag
- Rassen zoals Bintje, Agria en Rode Eersteling zijn populaire keuzes
Welke grond en bemesting zijn nodig voor late aardappelen?
Late aardappelen groeien het best in een losse, goed doorlatende grond met een licht zure pH (tussen 5,5 en 6,5). Zware kleigrond moet worden losgemaakt met compost of zand.
Voor een goede bemesting:
- Voor het planten: Werk 5 kg goed verteerde compost per m² door de grond.
- Tijdens de groei: Strooi in juni een tweede bemesting met een kaliumrijke meststof (zoals patentkali, 50 g per m²) voor sterke knollen.
- Vermijd stikstofrijke meststoffen, omdat deze vooral bladgroei stimuleren in plaats van knolvorming.
Hoe diep en op welke afstand plant je late aardappelen?
De juiste plantafstand voorkomt ziekten en zorgt voor een gezonde groei.
- Plantdiepte: 10 tot 15 cm diep
- Afstand tussen de knollen: 30 tot 35 cm
- Rijafstand: 60 tot 75 cm
Een ruime plantafstand zorgt ervoor dat de aardappelen voldoende ruimte krijgen en niet gaan rotten door te weinig ventilatie.
Hoe verzorg je late aardappelen voor een goede oogst?
Tijdens de groei hebben late aardappelen regelmatige verzorging nodig.
- Water geven: In droge periodes geef je 2 keer per week 10 liter per m².
- Aanaarden: Hark om de drie weken grond tegen de planten op om knollen te beschermen tegen zonlicht.
- Bescherming tegen ziekten: Voorkom aardappelziekte (Phytophthora) door te zorgen voor een luchtige teelt en aangetaste bladeren direct te verwijderen.
Wanneer kun je late aardappelen oogsten?
Late aardappelen zijn klaar voor de oogst tussen september en oktober, afhankelijk van het ras en de plantdatum. Je weet dat ze klaar zijn als:
- Het loof volledig is afgestorven.
- De schil stevig is en niet meer loslaat als je erover wrijft.
- De knollen groot genoeg zijn en een volle structuur hebben.
Na de oogst laat je de aardappelen 10 dagen drogen op een donkere, koele plek voordat je ze opslaat.
Veelgestelde vragen
Wat is de beste maand om late aardappelen te planten?
Late aardappelen plant je het best in april of mei, afhankelijk van de grondtemperatuur en het weer.
Kun je late aardappelen in een pot kweken?
Ja, maar kies een pot van minimaal 30 liter en gebruik goed doorlatende potgrond. Zorg ervoor dat de plant voldoende water en voeding krijgt.
Hoe voorkom je dat late aardappelen ziek worden?
Zorg voor voldoende afstand tussen de planten, wissel jaarlijks van plantplek en verwijder aangetaste bladeren direct om schimmelziekten te voorkomen.